Onze eerste week in Merksem zit erop. Er is geen groot verschil merkbaar tussen de reacties van de mensen in Ekeren en de mensen van Merksem, hoewel we de indruk hebben dat er in Merksem ietske meer mensen zijn die de deur in ons gezicht dichtgooien dan in Ekeren, maar de toekomst zal moeten uitwijzen of dat effectief zo is. De reacties blijven in ieder geval overwegend positief met hier en daar uitschieters van heel enthousiaste en heel boertige mensen.
“De meest gênante situatie moet wel die kerel met zijn kapotte bel geweest zijn.” vertelde ik aan mijn kompaan Bachir.
“Ik belde nietsvermoedend aan en schrok een beetje op van het geluid dat ik produceerde, want het rinkelgeluid van de deurbel was uitzonderlijk luid. ‘TRRRRRRRRR!!!’ Hoorde ik het opdringerige geluid gonzen door de gang die zich achter de deur bevond. Ik haalde mijn vinger er dus zo snel mogelijk af om niet teveel irritatie op te wekken bij de bewoner. Tot grote ontsteltenis bleef de bel rotsvast in zijn ingeduwde positie steken en ratelde het boormachien dat eraan verbonden was onverbiddelijk door! ‘TRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRR!!!!!!!’
Het kabaal werd oorverdovend! Als een cirkelzaag doorkliefde het merg en been. Alle katten in de buurt sprintten van mij weg alsof het belsignaal aankondigde dat ik voor elk van hen een extra roestig exemplaar van de ‘Cat Carrier’ op zak had. Wanhopig probeerde ik de vastzittende bel los te prutsen met mijn vingers, maar mijn vingernagels zijn heel kort en ik kreeg maar geen grip op het kloteding!
‘TRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRRR!!!’ De bel bleef zonder compassie de hoornvliezen van alle voorbijgangers in stukken rijten. Voorbijgangers die mij ondertussen al aankeken alsof ik een inbreker was die een of ander alarm had doen afgaan. Die kutbel was nu al zeker twintig seconden non stop als een machinegeweer gaten in mijn zelfzekerheid aan het schieten.”
“Hehehe wreed lastige situatie!” lachte Bachir. “En wat gebeurde er?”
“Wel dat rot ding bleef maar bellen! Ik dacht shit! shit! shit! die kerel gaat ‘PISSED’ zijn! Het komt over alsof ik als ne kleuter de mensen kom treiteren door hen horendol te bellen! Stel u voor dat het zo nen agressieven ‘tip’ is die met plezier mijne smoel in elkaar zou peren.“
“Ja daar kan ik inkomen, ik zou al voor minder goesting hebben uw smoelwerk te herdecoreren!” lachte mijn kompaan verder.
“Ineens ging de deur open. Daar stond daar ne vent, ik zweer het die had een criminelenbakkes waar Jean-Claude Van Damme zou van gaan lopen. De voortanden van zijn bovenkaak waren volledig weg en zijn ogen hadden precies ne kopstoot gekregen van een oorlogsveteraan met een roestende metalen plaat in zijn voorhoofd. Ik dacht ja lap het zit er tegen. Ik zal het volgende dagboek in de intensive care van het Jan Palfijn ziekenhuis mogen schrijven. Met een potlood tussen mijn tanden aangezien deze woesteling zodadelijk mijn vingerkootjes als twijgjes van mijn hand gaat breken.
Maar mijn vrees bleek ongegrond. De mens verontschuldigde zich zelfs dat zijn bel al wel eens haperde nadat hij erin was geslaagd het ding het zwijgen op te leggen.“
“Maar Jan toch, ge moet ni altijd direct het ergste denken van de mensen. Zo ziede maar dat mensen onverwachts vriendelijk uit de hoek kunnen komen.”
“Da’s een feit. Ze kunnen anders ook onverwachts boertig uit de hoek komen, zoals gij hebt ondervonden bij dat wijf dat u bijna de vernis van haar voordeur heeft doen proeven door heel het geval op u bakkes te katapulteren.”
Dat was inderdaad een minder leuke ervaring die Bachir deze week toch een aantal keer heeft mogen meemaken: “Het is om u even persoonlijk te informeren dat…” *BAF!!*
Door op zeer subtiele wijze haar voordeur op zijn smoelwerk te smijten had deze vrouw mijn kompaan er even persoonlijk van op de hoogte gebracht dat ze niet persoonlijk geïnformeerd wenste te worden. Niet dat dat bij mij niet gebeurt, het komt mij enkel een stuk grappiger over wanneer het hèm overkomt. Dergelijke reacties zullen we in ieder geval nog veel moeten doorstaan vrees ik.
We willen ons hierbij ook even verontschuldigen aan de mensen die wonen in de Trompetvogelstraat. Omdat we de afgelopen weken meer flyers per dag hebben gebust dan voorzien zijn we op het einde van de dag zonder gevallen. Al onze flyers zijn op! Van de eerste tot de laatste. Als gevolg daarvan hebben we maar een stuk van de Trompetvogelstraat kunnen afwerken in plaats van de volledige straat zoals aangekondigd in het dagboek, waarvoor onze excuses. De nieuwe lading flyers zal meegaan tot aan het einde van de inforeis wanneer we heel Antwerpen gedaan hebben.
We zijn tot hiertoe naar schatting al 23.000 huizen afgegaan, we hebben al ongeveer 6000 mensen persoonlijk aangesproken en 300 kilometer gestapt.
We beginnen er wel redelijk goed in te worden al zeggen we het zelf. Eind volgende week zijn we al een maand bezig en dan zullen we een overzicht maken van wat meer gedetailleerde cijfers.
Oh ja, mijn vriendin en de vriendin van Bachir zijn vandaag met ons mee geweest om ons wat gezelschap te houden zoals u kunt zien op de foto. Dat heeft de dag wel een stuk aangenamer gemaakt.
Het dagboek is gebaseerd op waar gebeurde feiten. Verwijzingen naar en beschrijvingen van personen komen meestal overeen met de werkelijkheid, maar worden soms overdreven en in het belachelijke getrokken. Het is in geen geval de bedoeling bepaalde personen te beledigen, het is enkel en alleen de bedoeling entertainende literatuur aan te bieden.